Uit de praktijk… beleggingsklachten
Het aantal beleggingsklachten bij de Geschillencommissie nam opnieuw af naar 152 in 2024 tegen 179 in 2023. Waarschijnlijk omdat de markten relatief rustig waren en er geen grote incidenten plaatsvonden bij brokers met negatieve impact op beleggers. In een volatiele markt is de kans op klachten over beleggingsdienstverlening groter.

Beëindigen klantrelatie
Consumenten klaagden meerdere keren over informatieverzoeken van hun broker over de herkomst van hun vermogen en/of over het feit dat hun rekening door de broker was beëindigd vanwege het niet tijdig bijwerken van hun gegevens. De Geschillencommissie ziet dat in veel klachten dat consumenten herhaaldelijk niet of niet tijdig hebben gereageerd op een informatieverzoek van de broker in het kader van het verplichte klantonderzoek dat de antiwitwaswet voorschrijft. In sommige situaties komt dat ook omdat de klant niet voldoende digitaal vaardig is, slechts zelden actief is met de beleggingsrekening en dus informatie misloopt. De broker is dan verplicht om de klantrelatie op te zeggen. Toch is het niet onbegrensd wat een broker kan opvragen: het verzoek om informatie moet redelijk en proportioneel zijn en klanten moeten de tijd krijgen om aan het verzoek te voldoen.
Brokers hebben meer beleidsvrijheid on de klantrelatie te beëindigen dan banken, zo bleek ook uit een klachtzaak waarin de broker de klantrelatie wilde beëindigen omdat het vermogen van de consument voor een aanzienlijk deel afkomstig was uit handel in cryptovaluta. Volgens de broker viel dit buiten haar ‘risk appetite’. Er bestaat in het geval van cryptovaluta een verhoogd risico op witwassen en de broker zegt niet de middelen te hebben om dit risico op het vereiste niveau te monitoren. De Geschillencommissie stelde vast dat de broker de ruimte heeft om deze keuze te maken. (GC 2024-0423)
Pump and Dump
De Geschillencommissie zag naast boilerroomfraude diverse zaken over een andere soort fraude bij beleggen: ‘pump and dump’. Bij dit type fraude wordt de prijs van een aandeel kunstmatig opgedreven (opgepompt) en worden consumenten vaak via social media (maar denk ook aan datingfraude) aangespoord om deze aandelen toch vooral te kopen. De organisator spint er vervolgens garen bij, maar de deelnemers blijven met soms zware verliezen achter. Particuliere beleggers vinden nogal eens dat de broker hen had moeten waarschuwen.
Dat was ook het geval in een klachtzaak waarin een man tonnen verlies leed door op advies van influencers te beleggen in China Internet Investment. Hij kon de verantwoordelijkheid echter niet afwentelen op de broker, ook omdat het hier om beleggingsdienstverlening op basis van execution only ging. Het is in zo’n geval aan de belegger zelf om gegevens te verzamelen over zijn beleggingen en de ontwikkelingen in de markt in de gaten te houden. Bovendien, zo oordeelt de Geschillencommissie in de uitspraak, had in dit geval de manier waarop hij tips kreeg over het aandeel in combinatie met de openbare berichten die China Internet Investment publiceerde (waarin zij melding maakte van ongebruikelijke bewegingen in de koers en het handelsvolume) voor de consument voldoende waarschuwing moeten zijn. (GC 2024-0674)
Bewaarketen
Diverse malen heeft de Geschillencommissie zich moeten buigen over zaken waarin de consument zijn rechten als aandeelhouder wil uitoefenen. In dit soort zaken speelt de zogenoemde bewaarketen van custodians een rol. De bewaarketen stuurt berichten door van bedrijven aan de aandeelhouders over zogenaamde corporate actions. Deze berichten gaan over allerlei schijven en er is een verplichting om informatie zo snel mogelijk door te geven zodat aandeelhouders hun rechten kunnen uitoefenen. Vaak hebben brokers ook in hun voorwaarden staan dat zij informatie over relevante corporate actions zonder vertraging zullen doorgeven. Toch gebeurt dat niet altijd, zoals in deze zaak waarin het ging om overnamebiedingen. De broker stelde de consument van twee biedingen op de hoogte, maar het derde (hogere!) tender offer werd niet doorgegeven. De consument zegt zich daardoor niet te hebben aangemeld voor dit bod met ruim dertigduizend euro schade tot gevolg. De broker verschuilde zich achter een fout van de bewaarder van de effecten (custodian) en zegt niet aansprakelijk te zijn voor diens fouten. De Geschillencommissie ziet dat anders. Een zorgvuldige dienstverlening houdt in dat een broker de berichten van de custodian zelf beoordeelt voordat zij deze doorstuurt. Een broker is immers meer dan een doorgeefluik. De slotsom is dat de broker de aandelen van de consument moet overnemen tegen een prijs ter hoogte van het derde bod. Daarbij speelt mee dat het aannemelijk was dat de consument op het derde bod zou zijn ingegaan. In de door de broker aangespannen beroepsprocedure heeft de Commissie van Beroep begin 2025 de uitspraak van de Geschillencommissie bevestigd. (GC 2024-0014 en CvB 2025-0017)